Veelgestelde vragen

Wetterskip Fryslân is beheerder van de Waddenzeedijk. Veiligheid staat voorop. Elke 12 jaar toetsen we de dijk op veiligheid. In 2018 is de dijk voor het laatst getoetst. Hieruit bleek dat de Waddenzeedijk naar de toekomst toe op delen niet sterk genoeg is. Dit komt onder andere door dat het klimaat verandert, de zeespiegel stijgt en de bodem daalt. De zeedijk van Koehool tot het Lauwersmeer is afgekeurd op drie verschillende onderdelen; de bekleding buitendijks, op sommige delen stabiliteit en op sommige delen hoogte.

In november 2021 heeft het algemeen bestuur van Wetterskip Fryslân de voorkeursoplossing voor voor het verbeteren van de dijk vastgesteld. Dit zogenoemde voorkeursalternatief (VKA) is de basis voor het verder uitwerken van de plannen voor de dijkverbetering. De samenvatting van het voorkeursalternatief voor de dijkverbetering lees je  hier.

Met het oog op klimaatverandering, zeespiegelstijging en bodemdaling is het hoogste punt (de kruin) van de dijk niet hoog genoeg. Daardoor zouden er in de toekomst golven over de dijk kunnen slaan.

Met de dijkverbetering bereiden we ons voor op de situatie zoals die wordt verwacht rond het jaar 2050. Er is geen acuut gevaar maar tijdige voorbereiding op de toekomst is nodig.

Om ook in de toekomst veilig te kunnen wonen, werken en recreëren moet de dijk op sommige plekken omhoog. Dit gebeurt vaak samen met andere maatregelen zoals het vervangen van de bekleding of het aanleggen van een binnenberm (steunberm).

De dijk ontwerpen we zo, dat deze voor 50 jaar veilig is. Hierin houden we rekening met de zeespiegelstijging. De kennisontwikkeling hierover volgen we op de voet. Wanneer dit leidt tot mogelijk andere inzichten voor de dijkverbetering kijken we het ontwerp eventueel moeten aanpassen.

Door een te hoge druk in het grondwater onder en achter de dijk kan deze afschuiven (in elkaar zakken). Om dit te voorkomen is het op een aantal plekken nodig om de dijk te versterken.

Vanaf ’t Skoar tot en met het dorp Paesens-Moddergat is de dijk afgekeurd op stabiliteit binnenwaarts. Daarom willen we aan de binnenzijde van de dijk een steunberm aanleggen.

Op plaatsen waar binnendijks te weinig ruimte is voor de berm, zoals in Wierum, Peasens-Moddergat en bij overige bebouwing, kijken we samen met belanghebbenden naar wat er mogelijk is. Zo blijft de bestaande bebouwing gehandhaafd. In de planuitwerkingsfase kijken we hoe de dijk ingepast kan worden. Belanghebbenden worden nauw bij deze inpassing betrokken.

Dat is nog niet inzichtelijk. Uitgangspunt is om zoveel mogelijk grond uit het gebied toe te passen, wat dus uit de buurt komt. Deze puzzel werken we de komende periode verder uit.

Daarover gaan we in gesprek met de eigenaren en vervolgens maken we een plan over wat er terugkeert en op welke plek. 

Kennisontwikkeling is een continu proces en dit betreft niet alleen de IPCC berekeningen. Kennisontwikkelingen volgen we op de voet. Wanneer dit vanuit het IPCC onderzoek leidt tot zwaardere belastingen (zoals waterstanden en golfhoogtes) wordt de impact bepaald op het project en het ontwerp eventueel aangepast.

Ja, elke te kiezen oplossing voldoet aan de wettelijk vastgestelde normen.

Met de bekleding van de dijk bedoelen we de buitenkant. Deze kan bestaan uit asfalt, beton, zetsteen en gras. Over de hele lengte van de dijk is de bekleding afgekeurd en moet deze worden vervangen of versterkt.  We vervangen de bekleding door harde materialen zoals asfalt en beton. Of door natuurlijke materialen zoals klei en gras.

De bekleding van de dijk hangt samen met de aanwezigheid van stabiel voorland. Voorland is een stuk land, zoals een kwelder, die de kracht van de golven breekt.

Geen voorland aanwezig

Op de delen van de dijk waar geen voorland aanwezig is, vervangen we de bestaande bekleding door een andere harde bekleding. Dit doen we omdat het aanleggen van een nieuw voorland een te grote impact heeft op de Waddenzee (Natura2000)

Wel voorland aanwezig

Op locaties waar een voldoende hoog en stabiel voorland aanwezig is, heeft Wetterskip Fryslân de ambitie om de harde bekleding te vervangen door een dikke kleilaag met gras.

Met de bekleding van de dijk bedoelen we de buitenkant van de dijk. Deze kan van asfalt, beton, zetsteen of gras zijn. Over de gehele lengte van de dijk is de bekleding afgekeurd. Daarom vervangen of versterken we deze.

De bekleding zal soortgelijk zijn aan de huidige situatie met zetsteen, asfalt en klei- en gras. Indien nodig komt er onder het gras een verborgen bekleding van open steen asfalt. 

Het binnentalud, de binnenzijde van een dijk, kan zijn stevigheid verliezen. Dit kan komen doordat de dijk van binnen erg nat wordt en verzadigd raakt. Als dat gebeurt drukken de zand- en kleideeltjes niet meer goed op elkaar, waardoor de dijk als het ware grip verlies en instabiel wordt. Hierdoor zakt de dijk zakt door z’n eigen gewicht naar beneden (zoals aan het strand als een deel van het zand onder water komt en naar zee stroomt). 

De stabiliteit kunnen we vergroten door een binnenberm (een stabiliteitsberm) aan te leggen om voldoende tegendruk te bieden.

Dit jaar gebruiken we om uit te zoeken welke kansen we mee kunnen nemen met het verbeteren van de dijk. Ook werken we het voorkeursalternatief van de dijk verder uit. Dit doen we in een aantal zogenoemde 'ontwerploops'. Dat betekent dat we in een aantal ronden in gesprek gaan met met de (belangen-) organisaties uit de dorpen en het gebied. Op basis van de gesprekken kijken we welke kansen we verder uit werken. Zo krijgen de ontwerpen van de dijkverbetering en het gebied steeds meer vorm. 

Contact

Algemeen: 058 292 22 22
Persvragen 058 203 06 06

Bezoekadres
Fryslânplein 3
8914 BZ Leeuwarden

www.wetterskipfryslan.nl

Overige contactinformatie

 

 

            

Cookie-instellingen